11 oktober 1942

Huis van Bewaring, Arnhem
Liefste Annie, Moe en kleuters,
Je brief had ik vanmorgen nog niet ontvangen, en antwoord ik dus op dien van 25/9. Ik hoop dat er niets verkeerd is bij jullie, want je maakt je gauw ongerust. Vrouwtje, wij mogen nog maar 1 brief in de 14 dagen ontvangen, zoodat je ’t best weer kunt doen als vroeger. Schrijf dus maar een grooten brief met alle nieuws, want ik hoor graag veel van jullie en zie er altijd dagenlang naar uit. Fijn dat je prettig nieuws had van Jan en zoo gelukkig bent geslaagd met je aankoopen. Doe maar je best, en gebruik steeds je hersens, dan kom je er vast wel, want je bent er flink genoeg voor. Gelukkig dat er nog wat omgaat op de zaak, ruim maar blauwe en zwarte lampjes, Carbidkantracons e.d. op. Heb je nog wel eens kappen van v/d Akker gehad? Een broer van Frederiks uit Markelo (zie telefoonboek, adres Jansplaats) heeft vermoedelijk nog Liga’s. Als je je best doet, kun je daar misschien wat van koopen, dat is fijn voor de kinderen op school; pak ’t handig aan. Van kolengruis kun je misschien briketten persen, informeer eens bij de Provinciale, en ga eventueel eens zelf met Bom praten. Wat een lastpost is je man, maar ik probeer steeds nog iets nuttigs voor je te bedenken. Doe ookvoor de telefoon je best. Op de zaal zijn we nu met 5 man, waaronder 2 die onderhoudend gezelschap vormen, o.a. een chef van Hindriks, die op dezelfde HBS was als ik vroeger, en veel interesse heeft voor wiskunde. Zaterdag en Zondag draag ik m’n jasje en goede das, vanmorgen was ’t scheren en schoenenpoetsen, dat geeft een prettig idee. Ik ben goed in orde, sliep vannacht bar slecht, en kan over eetlust niet klagen. De steenen vloer en wand maakt ’t kil, maar ik kan ’t wel uithouden en verdeel mijn cantine over de heele week. ’s Morgens een tomaat, ’s avonds wat stroop, vooraf een boterham met zout. Zondags feest van boter en erwtensoep. Gisteren was ik den heelen dag in gedachten bij jullie, ik hoop dat ’t een prettige dag was. Jammer dat ik Myra niet meemaak, juist om de 2 jaar zijn ze zoo fijn. Elken dag bekijk ik de portretten en geniet van hun schalksche gezichten. Als ze een rapport krijgen hoor ik ’t wel, hè Annie? Is je been weer open? Zou ’t massageapparaat niet goed voor je zijn? Laat ’t den dokter eens zien. Is moeder weer thuis, en Walter? Vader zal wel blij zijn als alles weer z’n gang gaat. Annie, zorg vooral goed voor je gezondheid, zoodat ik later weer een flinke vrouw terugvind, eet fruit en rauwkost en maak je niet te druk. Doe allen vooral de groeten, alle Oma’s, Opa’s, Mevrouw Heinekamp, Broertje en Cor. Kus de kinderen van mij en vele groeten en een stevige omhelzing van je man, Max. Dag!! Vele kussen!

Plaats een reactie